De beltoon klinkt normaal en binnen tien seconden wordt opgenomen, maar het blijft doodstil aan de andere kant. Ook het luid en duidelijk noemen van zijn naam heeft geen effect. De tweede en de derde poging strandt op dezelfde manier. 

Lieve Lisa, waar ben je?

Bel me asjeblieft of spreek iets in,

Rinus. 

Navraag bij de receptie beneden maakt hem niet veel wijzer. Het meisje kan weliswaar zijn naam wel vinden, onder de gasten die gisteren zijn aangekomen, en ook het kamernummer klopt, maar niemand heeft naar hem gevraagd en bij de namen Dennis en Lisa schudt ze resoluut nee. Dat kan hij beter aan haar baas vragen. Die is er morgen weer. 

Het komt goed uit dat hij vrijwel naast zijn hotel al een goed gesorteerde supermarkt tegenkomt. Het dinertje met Lisa heeft hij uit zijn hoofd gezet en dan neemt hij liever iets mee voor op zijn kamer dan dat hij er later, in het donker, op uit moet om een restaurant te zoeken. 

Midden in de nacht schiet hij overeind. Was dat zijn telefoon, heeft ze de gemiste spraakoproepen gezien en zelf iets geschreven of ingesproken? Het houdt hem niet lang bezig,   hij wil doorslapen en maakt zich graag wijs dat hij het heeft gedroomd.

Weer wordt het een gat in de dag, maar met een beter effect dan de vorige dag. Hij blaakt zelfs van levenslust en zelfvertrouwen. Op de rand van het bed gezeten, heeft hij zijn telefoon al te pakken. 

Een pak van zijn hart dat haar profielfoto opduikt. Snel drukt hij op het pijltje, zijn oren wagenwijd open. Maar aan de andere kant is het wéér doodstil. En blijft het stil. 

Hij legt het apparaat naast zich neer, pakt het opnieuw vast en hoort nu geluiden op de achtergrond, zoals wanneer degene die wordt gebeld buiten staat en het waait, maar geen stem. Of is het zijn verbeelding? Wel verbinding en geen beltoon misschien. Om stapelgek van te worden. Pas na een volle minuut durft hij zich uitdrukkelijk te laten horen: “Lisa?”

Telkens hetzelfde liedje: geen gehoor. Wist hij maar wat de oorzaak was, nu kan hij het niemand kwalijk nemen. Hij zal er zelf op uit moeten. Maar eerst wil hij zijn dochter iets laten weten, kort maar krachtig. Die ziet hem nog steeds dobberen op dat schip. 

Beste Eva,

Goed dat je me niet vergeten bent. Ik was bang dat ik je zou teleurstellen, maar als ik het uitstel, wordt het er niet makkelijker op. Ik zit helemaal niet meer op zee. En de reden is dat ik in Sint Maarten een leuke vrouw heb ontmoet. Heel leuk zelfs, begrijp je?

In enkele zinnen legt hij uit wat hem is overkomen en dat hij niets beters kon bedenken dan zo snel mogelijk terug hierheen. Als hij haar maar gerust kan stellen, dan zal ze wel niet moeilijk doen. Hij is toch oud en wijs genoeg.  

Ze heeft me hier op het vliegveld laten ophalen en naar een hotel brengen. Maar nog geen tijd gehad om met me af te spreken. 

Gaat het goed met jou? Ik houd je op de hoogte. Groetjes,  vader, in Travel Inn Hotel. 

Het meisje van de receptie haalt haar baas erbij, omdat ze Rinus niet goed kan uitleggen waar hij straks moet uitstappen. De man, die zich voorstelt als Abdul, kijkt eerst op zijn telefoon, maar haalt daarna een plattegrond te voorschijn die Rinus mee mag nemen.  

Abdul weet hem ook te vertellen dat er busjes zijn waarmee je op het eiland voor een of twee dollar langs vaste routes van hot naar haar kunt rijden en neemt hem mee naar buiten om de dichtstbijzijnde halte aan te wijzen. De tip aangaande het beste casino in Philipsburg voor het geval hij dringend om vrouwelijk gezelschap verlegen zou zitten, is aan Rinus niet besteed. Integendeel, hij zou hem van harte – ondanks al zijn  hulpvaardigheid – lik op stuk geven, maar hij is bang dat de man zijn Engels niet zou begrijpen. Bovendien maakt hij liever geen slapende honden wakker, in een of ander crimineel milieu.  

Het systeem van de busjes werkt perfect. Hij mag voorin zitten en raakt in gesprek met de chauffeur, die meteen begrijpt waar hij wil uitstappen. Maar dan begint het zoeken pas echt, want in alle opwinding van het eerste en enige bezoek aan de salon heeft hij geen enkele straatnaam onthouden en zijn visueel geheugen biedt slechts één aanknopingspunt: een schoolbord met haar naam erop en een pijl in de goede richting. 

Inmiddels is hij drie keer gestuit op het pontificale casino waar Abdul het over had, maar  de plek met het bord ontsnapt hem ten enen male. Tot hij opnieuw bij een vaag bekend kruispunt uitkomt en nu pas ziet dat een van de twee straten doodloopt, twintig meter verderop. Dit kan hij zich goed herinneren en dan ziet hij opeens ook – nota bene op ooghoogte een meter achter zich – het schoolbord weer terug.

Wat een opluchting dat dát niet verdwenen is! Door het besef dat nu ook zij zelf elk moment tevoorschijn kan komen, breekt het kille zweet hem uit. Alsof hij alle tijd van de wereld heeft, loopt hij nog een keer langzaam de andere kant op – richting promenade – om zijn hoofd en hart onder controle te krijgen en zich op te warmen voor wat hem te wachten staat. 

De straten en stegen dragen Nederlandse namen. De ene nog mooier dan de andere. Wat dat betreft doet Philipsburg  zijn naam als hoofdstad eer aan. Als ze tijd heeft, neemt hij Lisa dadelijk mee naar het Holland House in de Voorstraat met de chique Ocean Lounge. Om zijn terugkeer te vieren. 

Wanneer hij eenmaal dichterbij komt, haalt hij het pand er gemakkelijk uit. De klassieke winkelpui: een glazen hoofdingang en aan weerszijden ramen zonder kozijnen. Maar het grote verschil met de vorige keer is dat het er nu dicht en donker uitziet. Hoe is het mogelijk, zo midden op de dag? Een gewone werkdag en van een middagpauze heeft hij destijds niets gemerkt. 

Categorieën: Feuilleton

0 reacties

Geef een reactie

Avatar plaatshouder

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *